Na zeven kilometer waggelen kwam Alfred zijn vriendje François Ladder tegen, die juist een toonladder aan het studeren was.
François? François?
Oui, oui. Oui, oui, Alfredo. Wat is er aan de hand?
Wat is er aan de hand? No, no, Alfredo. Ik heb helemaal geen tijd. Ik ben namelijk aan het studeren.
Alfredo. Bijvoorbeeld de toonladder van Doel.
Alfredo, Ré, Mi, Fa, Sol, La, Ti, Do.
Ré, Mi, Fa, Sol.
Ré, Mi, Fa, Sol, La, Ti, Do, Ti, Do, Ti, Do, Ti, Do, Ti, Do, Ti, Do, Ti, Do.
Alfredo, reservation还是 een en minute.
Alfredo.
Alfredo.
Alfredo, Alfredo, Alfredo.
Ah, ah, ah.
Ah, ah.
Slowly.
ZANG EN MUZIEK
APPLAUS
MUZIEK
MUZIEK
MUZIEK
MUZIEK
MUZIEK
MUZIEK
MUZIEK
MUZIEK
MUZIEK
MUZIEK
MUZIEK
maar enorme problemen. Heb je
te veel geld? Is een
probleem. Heb je te weinig
geld? Is ook
een probleem. Alfredo,
en wat kun je
kopen? Wat kun je acheteren
voor geld?
Nog niet meer, Alfredo.
Echte belangrijke dingen kun je toch niet kopen
voor geld? Kun je kopen,
par exemple, l'amour?
Non!
L'amour, c'est pas coupable,
Alfredo. Dat is on-
coupable. Alfredo,
kun je kopen, par
exemple,
la tendresse?
Non, non, non, non, non, non,
kun je ook niet kopen. Kun je kopen
een melodie? Kun je kopen een kleur?
Non, Alfredo, dat kun je allemaal niet kopen.
Dat is zo'n teleurstelling. En jij parleert over
geld, Alfredo. Een eend en
tageren, die parleert over geld,
die bezig is met dat geld. Het is voor een
vraiment kunstenaar, zoals ik ben,
een enorme teleurstelling.
BAM!
Alfredo,
heb ik het ook goed gehoord?
Heb jij gezegd dat jij gaat naar de koning?
De koning?
Mais!
Mais, Alfredo,
je suis un fin van de koning.
J'adore
le roi, Alfredo.
Alfredo!
S'il vous plaît, prends-moi
mais. Prends-moi s'il vous plaît
mais, Alfredo. Dan kan ik
een keer voor de koning zingen.
Ik kan dan ogenblikkelijk voor de koning. Ik heb
altijd al zo graag voor de koning willen zingen.
Dat is een ongelooflijk belangrijk ding
voor mijn carrière. Dat kan ik in mijn
biografie schrijven.
François heeft aussi
een keer voor de roi gezongen.
Wat zal ik dan zingen voor de
koning, ben ik die chance krijg dat ik
kan zingen?
S'il vous plaît,
s'il vous plaît.
S'il vous plaît,
s'il vous plaît.
Jaaaah!
Alfredo, s'il vous plaît.
Meneer Alfredo.
Oké.
Ladder, weet je
wat je doet?
Verstop je onder mijn rechter
vleugel. Dan kan ik je
zonder dat de koning je kan zien
het paleis binnen slokken.
Ik schrok.
Ik schrok.
Ik stond enorm te schrikken.
Ik stond enorm te schrikken.
Waarom doe je dat nou zo hard Erik?
Waarom doe je dat nou zo hard Erik?
Dat doet toch auw zoals dat meisje zegt. Auw.
Dat doet toch auw zoals dat meisje zegt. Auw.
Dat doet toch auw zoals dat meisje zegt. Auw.
Zo hard.
Ordinaire.
Het is ook heel erg ordinaire.
Je hebt een hele slechte smaak meneer Van den Berg.
Je hebt een hele slechte smaak meneer Van den Berg.
Ordinaire.
Waarom niet?
Dat is toch veel...
Dat is toch veel...
Dat is toch veel...
Dat is toch veel...
Dat is toch veel...
Dat is toch veel...