MUZIEKMUZIEKEn de moeder die weder in tranen verstiktAan het ziekbed van het kindje om weterschap sniktEn ook hij te werken der donkere wijnDie niet weet of hij er nog morgen zal zijnDie afdaalt door honderden paren omringtIn donkere schachtMUZIEKZijn kluuken of liedjes zingtMUZIEKHet rijke gezin heeft de kreeft een salaatEr orkert aan het kostelijk souperZe zijn dol op vis en mevrouw ordoneertGarnalen voor het déjeunerEn morgen trakteert ze op heerlijke tongZe maakt heel het gezin reeds belustZe dromen desnachts van de heerlijkste misInmidden van zalige reuMUZIEKMaar zij die niet slapenIs het moedige volkDie bonkige kerels op zeeDie stormen trotserenMUZIEKHet verwillen van het broodOp vele manierenGeloerd door de doodEn wie als het stormtOok iets slaagt is de vrouwDie neerknielt en bidtVol van groefheid en rouwVoor het lichaamsbehoudVan haar man en haar zoonHaar moeilijk bestaanHeeft het rouwkleed tot loonMUZIEKIn zachtrode kussensDer spoorwegcoupéDaar zit een gezelschap bijeenZe schimpen en scheldenOp het mindere volkDat werkvolk is intens geweenZe vragen steeds maarHoog een loon voor hun werkEr is niks die proletenNaar het zinZe schelden nog verderMaar dan komt de slaapEn het dechte gezelschap slaapt inMUZIEKMaar hij die niet slaaptIs de ruige proleteDaarvoor op de lokomotiefIets leven van honderden heeft in zijn handHij wordt door geen moeheid of slaap overmandMUZIEKEén been in het grafEn het ander in de celHij eerste klas slapersBedenkt hij het welZijn handen zijn vuilEn al stinkt hij naar zweetDie man waakt voor uHij gesmade proletMUZIEK