Zelk een sfeer komt gelukkig op mij
neer en ik heb het niet meer in de hand.
Onverwacht als een hogere macht word ik door het gevoel overmaakt.
Stopt de trein op een teken van mij en
dus net op de zeilen verschoven zij.
Wekenlang liep jij aan mijn prikken voorbij
en nu loop je met mij op het strand in hout.
Vaar nog even met me,
ik word er nooit alleen.
Laat me zwijgen op de wind en houd me op de been.
Mijn hart is misschien groot,
maar niet van steen.
En ik word nooit meer zo onschuldig als voorheen.
Te veel leer het haar op,
op een keer is de beelden beleerlijk verdeeld.
Zie ze kijken begrijpelijk weer,
succes is meneer van Beeld.
Ik droomde dat ik verdronk in een bad
vol met tranen om wat ik verloren had.
Maar voor dag en dauw word ik wakker naast jou,
beeld van een vrouw ga je mee op mijn pad.
Vaar nog even met me mee,
ik word er nooit alleen.
Laat me zwijgen op de wind en houd me op de been.
Mijn hart is misschien groot,
maar niet van steen.
En ik word nooit meer zo onschuldig als voorheen.
MUZIEK.
MUZIEK
Nee,
het voor nooit meer zou ons schuldig als voorheen
Nee, het voor nooit meer zou ons schuldig
als voorheen