Remmen wagen los, geen bomen in *** bos
Conflicten met mezelf, laat ik in oktober
Capuchon op door de tunnel,
blijven rennen tot de dag ligt
Sprinters schelden,
vechten,
vallen tot ik op mijn kamp leeg
Heb ik het voor het kiezen,
kies ik nog niet verstandig
Ik verwacht het beste van mezelf,
juist als het niet mijn dag is
En ook dan kom ik vast wel goed terecht
Zolang ik dat maar zeg en dan mij besef
Van eindelijk, niet eindeloos meer twijfelen
Ik drijf nog steeds in nostalgie
Al die dromen die ik nog steeds zie Al die huizen waar
ik niet meer woon Hoe wordt het leven opeens zo gewoon?
Jimmen,
rennen,
rennen totdat ik er ben neerval Woorden
blijven slikken totdat eentje verkeerd valt
Wat op mijn gezicht,
afhankelijk van de winst Dat ik vouw,
dat het oog van de storm een gezeer
Dat ik zeg,
kijk me aan,
laat me los,
lach me uit,
lach me toe en vier mij
Laat me toe,
hou me vast,
duw me weg,
vang me op en kies mij
Waarom zou ik vluchtig,
wel in het hier en nu zijn,
mezelf kunnen dragen?
Want ik weet het, zie het mij
Eindelijk, niet eindeloos meer twijfelen
Maar ik drijf nog steeds in nostalgie
Al die dromen die ik nog steeds zie
Al die huizen waar ik niet meer woon
Hoe wordt het leven opeens zo gewoon?
Ik drijf nog steeds in nostalgie Al die dromen die ik nog steeds zie
Al die huizen waar ik niet meer woon
Hoe wordt het leven opeens zo gewoon?