*** zou je wel verpazen, ik kan niet alles aanIk ben nogal eenvoudig, uit mijn lood te slaanIk veeg niet elk op strakoog, fluitend van de baanWie had *** ooit gedacht, zoveel bescheidenheidIk heb niet overal voor alles tijdIk ben God niet, God want aan de overkantGod niet, ben niet tegen veel bestandHet dozeren, controleren, elke chaos te trotserenEn bij kortsluiting heel teler, je aanwezigheid te erenHet lijkt me nu wel zeker, het lijkt me nu welHet lijkt me nu wel zeker, ik ben God nietEn jij die dacht dat ik er, altijd zou zijn voor jouGaaf en ongeschonden, vroeg bijzonder foutDat ik de losse grond ben, waarop jij hebt gepaktIk kan *** niet verdragen, omdat ik van je houOmdat ik van je hou, veel van je houIs dat soms wat je wenst, dat ik niet lang meer leefDat ik gedichten dat mijn hart begiftGod want aan de overkant, God niet, ik heb niet zoveel verstandVan zwangeren en charmeren, door de drukte navigerenEn in tijden van verwarringHet lijkt me nu wel zeker, het lijkt me nu welHet lijkt me nu wel zeker, ik ben God nietIk ben God nietIk ben God niet